Huiswerk les 1_Gerda, BLS2 les1

  • Huiswerk les 1_Gerda, BLS2 les1

    Posted by gerdahartkamp@hotmail.com on juli 17, 2023 op 8:14 pm

    Die nacht slaapt hij buiten op het exercitieterrein onder een vrachtwagen, in de slaapzak die hij op het laatste moment nog in zijn plunjezak had gestopt. Hij had misschien wel een bedje kunnen bemachtigen in de barak, maar wilde de aandacht niet te veel op zichzelf vestigen.

    Naast de vrachtwagen staat een motorfiets. Het is een typische motor van de landmacht. Groen geverfd, een spatscherm aan het stuur en een zijspan. Een plan begint zich in zijn hoofd te vormen, dit zou een perfect vervoermiddel zijn om de laatste dertig kilometer af te leggen.

    Hij moet het sleuteltje van die motor te pakken zien te krijgen. Maar waar zou het zijn? Het is vroeg in de ochtend als de eerste soldaat de barak uitkomt. Het lukt Flores de deur tegen te houden voordat deze terug in het slot valt, zodat hij stiekem naar binnen kan glippen. Vroeger zaten de barakken nooit op slot, zelfs ’s nachts niet, maar de tijden zijn duidelijk veranderd.

    In de gang is het stil. Verderop hoort hij het geroezemoes van soldaten aan het ontbijt. Gewoon doen alsof je hier hoort te zijn. Dat had hij wel in het kamp geleerd. Hij verwacht op dit vroege tijdstip niemand in het kantoor, toch kruist hij zijn middelvinger over zijn wijsvinger. Normaal is hij niet zo bijgelovig, maar alle beetjes helpen.

    Voorzichtig gluurt hij om het hoekje. Niemand. Hij stapt over de drempel. De ruimte is niet groot dus veel tijd zal het niet nemen. Vanaf de wand kijkt koningin Wilhelmina hem bestraffend aan. ‘Excuses hoogheid’, fluistert hij tegen het portret ‘Ik weet dat u begrip voor mijn situatie zou hebben.’ Hij kijkt de kamer rond. Nergens aan de wand zitten haakjes met sleutels. Ook op het houten bureau staat alleen een metalen bakje. Voorzichtig keert hij het bakje om in zijn hand. Een hoop kleine rommeltjes zoals een pen, een paar paperclips, groene knopen, potloodstiftjes en een schaartje, maar geen sleutels. Dan schuift hij zachtjes een laatje open. Ook niet.

    Net als hij het tweede laatje wil openen, hoort hij stemmen op de gang. Verdorie, als ze maar niet hierheen komen. Snel gaat hij achter de deur staan en haalt gefrustreerd zijn hand door zijn haar, in gedachten op zoek naar een goed excuus om hier te zijn. Tot zijn opluchting lopen de mannen verder en worden de stemmen zachter.

    Snel kamt hij de andere lades uit maar vindt niet wat hij zoekt. Tegen de wand staat een metalen archiefkast. Systematisch doorzoekt hij alle plankjes. Ook niet, allemachtig, wat moet hij nu? Maken dat hij hier weg komt, dat moet hij, voordat de officier uit de mess komt en aan het werk gaat. Hij zal een andere manier moeten vinden om naar de haven te komen.

    Het lukt hem ongezien de barak te verlaten. Buiten zakt hij neer op het roestige metalen bankje aan de straat en laat terneergeslagen zijn hoofd in zijn handen rusten. Kop op jongen, je bent toch zeker niet voor een gat te vangen?

    beijgenraam@hotmail.com replied 1 jaar, 5 maanden geleden 5 Members · 6 Replies
  • 6 Replies
  • Rudie

    Lid
    juli 18, 2023 op 11:30 am

    Dag Gerda, ik leef met je verhaal mee. Toch een paar puntjes:

    Ik heb het beeld van een vrachtwagen in het leger dat die vrij hoog op de wielen staat, dan zou ik juist hem zien en het opvallend vinden. Of hij verschuilt zich achter de dubbele achterwielen?

    Groen en een spatscherm aan het stuur. Geverfd zou weggelaten kunnen worden.

    De zin: Hij verwacht op dit vroege tijdstip niemand in het kantoor zou ik wat eerder schrijven.

    Bv na deze zin: Maar waar zou het zijn? Hij verwacht op dit vroege tijdstip niemand in het kantoor

    En deze zin aan elkaar:

    Dat had hij wel in het kamp geleerd, toch kruist hij zijn middelvinger over zijn wijsvinger.

    groetjes, Rudie

  • brenda-van-es

    Organisator
    juli 18, 2023 op 6:42 pm

    Hoi Gerda, dankjewel voor je tekst, het was fijn om je te lezen! Ik ben er met een stofkam door gegaan, niet zozeer dat deze veranderingen nódig zouden zijn in je tekst, maar wel ter overweging (ik weet dat je van extra feedback houdt dus kijk wat je past en wat voor jou ook klopt, daar ben ik wel benieuwd naar trouwens). Voor wat betreft klein schrijven, is dit stuk erg goed gelukt, alle vier de elementen zijn erin verwerkt; lichaamstaal, actie, LLL, denken.

    Mijn feedback vind je in deze video: https://www.loom.com/share/571b50d4ebff4c788475541ef1ca7664?sid=7a2daa2e-4b5c-4af1-9ddc-8220f1c4e193

    Tot bij de volgende les! Fijne avond, Brenda

    —–

    Die nacht slaapt hij buiten op het exercitieterrein onder een vrachtwagen, in de slaapzak die hij op het laatste moment nog in zijn plunjezak had gestopt. Hij had misschien wel een bedje kunnen bemachtigen in de barak, maar wilde de aandacht niet te veel op zichzelf vestigen.

    Naast de vrachtwagen staat een motorfiets. Het is een typische motor van de landmacht. Groen geverfd, een spatscherm aan het stuur en een zijspan. Een plan begint zich in zijn hoofd te vormen, dit zou een perfect vervoermiddel zijn om de laatste dertig kilometer af te leggen. Hij moet het sleuteltje van die motor te pakken zien te krijgen.

    Het is vroeg in de ochtend als de eerste soldaat de barak uit komt. Gewoon doen alsof je hier hoort te zijn. Dat had hij wel in het kamp geleerd. Het lukt Flores de deur tegen te houden voordat deze terug in het slot valt, zodat hij stiekem naar binnen kan glippen. Vroeger zaten de barakken nooit op slot, zelfs ’s nachts niet, maar de tijden zijn duidelijk veranderd.

    In de gang is het stil. Verderop hoort hij het geroezemoes van soldaten aan het ontbijt. Hij verwacht op dit vroege tijdstip niemand in het kantoor, toch kruist hij zijn middelvinger over zijn wijsvinger. Normaal is hij niet zo bijgelovig, maar alle beetjes helpen.

    Voorzichtig gluurt hij om het hoekje. Niemand. Hij stapt over de drempel. De ruimte is niet groot dus veel tijd zal het niet nemen. Vanaf de wand kijkt koningin Wilhelmina hem bestraffend aan. ‘Excuses hoogheid’, fluistert hij tegen het portret, ‘ik weet dat u begrip voor mijn situatie zou hebben.’ Hij kijkt de kamer rond. Nergens aan de wand zitten haakjes met sleutels. Ook op het houten bureau staat alleen een metalen bakje. Voorzichtig keert hij het bakje om in zijn hand. Een hoop kleine rommeltjes zoals een pen, een paar paperclips, groene knopen, potloodstiftjes en een schaartje, maar geen sleutels. Dan schuift hij zachtjes een VAN DE laatjeS open. Ook niet.

    Net als hij het tweede laatje wil openen, hoort hij stemmen op de gang. Verdorie, als ze maar niet hierheen komen. Snel gaat hij achter de deur staan en haalt zijn hand door zijn haar, in gedachten op zoek naar een goed excuus om hier te zijn. Tot zijn opluchting lopen de mannen verder en worden de stemmen zachter.

    Snel kamt hij de andere lades uit maar vindt niet wat hij zoekt. Tegen de wand staat een metalen archiefkast. Systematisch doorzoekt hij alle plankjes. Ook niet, allemachtig, wat moet hij nu? Maken dat hij hier weg komt, dat moet hij, voordat de officier uit de mess komt en aan het werk gaat. Hij zal een andere manier moeten vinden om naar de haven te komen.

    Buiten zakt hij neer op het roestige metalen bankje aan de straat, ver van de barakken, en laat terneergeslagen zijn hoofd in zijn handen rusten. Kop op jongen, je bent toch zeker niet voor een gat te vangen?

  • barbara.skogtjarn@gmail.com

    Lid
    juli 20, 2023 op 10:56 am

    Lieve Gerda,

    Wat fijn om weer van jou te lezen! Het is weer heerlijk spannend zonder te eng, gruwelijk en vreselijk te worden, typisch in jouw stijl.

    Ik vind het mooi, kloppend en klein geschreven, vooral dat stuk waar Flores in het kantoor van de officier is. Het stuk ervoor, bij de vrachtwagen enzo, zie ik meer als een inleidend, vertellend stuk, om te verklaren waarom hij later in dat kantoor is.

    Tussen de regels door, geef je ook goede achtergrond informatie en laat je Flores’ persoonlijkheid doorschemeren, zonder aan de spanning of de vaart van het verhaal af te doen. Heel mooi gedaan!

    Wat details die me opvielen:

    – “Die nacht slaapt hij”: Om de scene ‘kleiner’ te houden, zou je kunnen beginnen op het moment dat hij wakker wordt (en dan pas die moterfiets ziet). “Die ochtend wordt hij stijf en koud wakker. Hij heeft de nacht doorgebracht…” etc.

    – “een bedje kunnen bemachtigen”: Waarom niet gewoon “bed” of desnoods “smal bed” of “een plek in een stapelbed”? Het klinkt wat kinderachtig zo, niet hoe een stoere soldaat zou denken, lijkt mij.

    – “wilde de aandacht niet te veel op zichzelf vestigen”: Mooi, hier bouw je de spanning al op. De lezer gaat zich meteen afvragen waarom hij zich verschuilt, waar hij voor op de vlucht is, etc.

    – “de laatste dertig kilometer af te leggen”: Weer een aanwijzing voor de lezer. Waar zou hij naar toe moeten/willen, wat is er toch aan de hand? 🙂

    – “Het is vroeg…”: Ik zou hier een nieuwe alinea beginnen, zodat het niet uitmaakt dat je niet in detail beschreven hebt hoe Flores uit zijn slaapzak is geklommen, naar het gebouw is geslopen en zich achter de deur heeft verstopt (of je kan het geheel natuurlijk in klein verhalen ;)).

    – “Het lukt Flores..”: Interessant dat dit pas de eerste keer is dat je zijn naam gebruikt. Tot dit punt, weet de lezer nog niet wie ‘hij’ is – en zit met die vele vragen. Je licht langzaam de sluier op.

    – “Vroeger zaten de barakken…” en “in het kamp geleerd”: Geeft subtiel aan dat hij al wat ouder is en ervaring heeft, zonder af te leiden van het verhaal.

    – “kijkt koningin Wilhelmina hem bestraffend aan”: Prachtige zin! En zo kunnen we de scene ook meteen in een tijdperk plaatsen (voor het geval dat we de rest van het boek nog niet kennen).

    – “Hij kijkt de kamer rond. Nergens…”: Slim gedaan, zo kijken we als lezer mee door zijn ogen.

    – “Dan schuift hij zachtjes een laatje open”: Voordat hij dit doet, zou ik Flores nog even de inhoud van het bakje uit zijn hand terug laten stoppen. Ook zou je wat mij betreft nog specifieker mogen zijn over welk laatje het gaat. “Het bovenste laatje van het bureau” bijvoorbeeld.

    – “zijn hand door zijn haar”: Fijn, die lichaamstaal, ik zie het voor me.

    – “Snel kamt hij”: Mooi poetisch vervolg op het met zijn vingers door zijn haar ‘kammen’. Was dat bewust?

    – “doorzoekt hij alle plankjes”: Liever gewoon ‘planken’ of ‘schappen’ – en eventueel de breedte aangeven (‘er past precies een vel A4 papier/ een archiefmap/ een oude schoenendoos/ etc’ op.

    – “ongezien de barak te verlaten”: Of ‘ongemerkt / onopvallend’?

    Wat verfrissend dat het verhaal (nog) geen goede einde heeft. Het blijkt een hindernis die Flores sterker maakt – en dat de lezer meer sympathie voor hem heeft, met hem meeleeft en -voelt. <3

    Dankjewel,

    Babs

  • beijgenraam@hotmail.com

    Lid
    juli 24, 2023 op 3:44 pm

    Hallo Gerda,

    Absoluut klein geschreven en ondanks dat het maar een kort moment is voor een verhaal boeiend en spannend om te lezen. Ik volg precies waar hij is, wat hij denkt en kan met hem mee voelen om zo in het kantoortje stiekem te zoeken.

    Wel merk ik dat er veel vragen in mij opkomen. Voor mij iets te veel. Zoals: waar heeft hij die slaapzak vandaan? Waarom wil hij de aandacht niet op zich vestigen? Waarom is hij onderweg?

    Later ook vraag ik me af hoe hij kan doen alsof hij erbij hoort? Hij lijkt me niet een soldaat anders zou hij niet alleen op pad zijn en zich onder een vrachtwagen verstoppen, denk ik. Dus hoe kan hij dan niet opvallen tussen soldaten? En hoe weet hij waar het kantoor is?

    Ik neem aan dat dit onderdeel is van je boek. En deze vragen in het grotere geheel duidelijk zijn maar voor als kort losstaand verhaal laat het mij wel met wat te veel vragen achter.

    Een paar specifiekere punten.

    – Ik zou het logischer vinden als een nieuwe alinea start bij ‘het is vroeg in de ochtend..’ dan bij ‘hij moet het sleuteltje..’ omdat ‘hij moet het sleuteltje..’ past volledig als vervolg van zijn plan wat hij ’s nachts bedenkt. Daarna is het wachten of slapen en dan nieuwe alinea later dus in de tijd met: ‘het is vroeg in..’

    – Van de zin over ‘vroeger op slot en tijden zijn veranderd’ begrijp ik niet goed waarom die er staat. En leidt voor mij wat af van de spanning dat hij daar net stiekem naar binnenglipt.

    – Ik weet niet wat een mess is. En hoe kan hij weten dat de officier daar is?

    – Mooi beeld aan het eind, zittend op dat bankje, hoofd neer en zichzelf oppeppen.

    Misschien kan je er wat mee,

    Groeten Brigit

Log in to reply.