Antwoord: Huiswerk les 2 – Babs

  • brenda-van-es

    Organisator
    augustus 7, 2023 op 8:22 pm

    ’Hoelang blijf je eigenlijk?’ Het zinnetje ligt al bijna
    een uur klaar en nu spuug ik het uit, precies na twee glaasjes moed en op het
    moment dat Simone verzucht dat het zo fijn is hier. Ik richt voorzichtig mijn
    blik op en kijk in haar royale zonnebril. Het enige wat ik zie is een
    minuscule, schimmige versie van mezelf, doorstoken met een felle weerkaatsing
    van de zon.
    Simone trekt loom de mouwtjes van haar t-shirt op haar gebruinde schouders omhoog
    en glimlacht langs me heen.
    Ik kijk om en volg haar blik, over de rand van het balkon, naar waar de
    neergaande zon de contouren van de bergtop met goud omzoomt. Verblind keer
    ik me terug. Achter Simone rijst het verbrokkelde skelet van een verlaten,
    onafgebouwd gebouw zich op. De roestige betonijzers steken als wanhopige armen de
    hemel in, boven haar glanzende hoofd. ’Als het zulk weer blijft, misschien wel het hele seizoen.’

    Ik slik en probeer aan de zenuwachtige zure smaak te peilen of ik dat fijn vind
    of niet. Het maakt het in ieder geval niet gemakkelijker. Het dwingt me namelijk
    tot de vervolgvraag, de confrontatie. Ik trek aan een pluk van mijn haar,
    terwijl ik overweeg hoe het zo losjes mogelijk te laten klinken. Wanneer ik
    vind dat de stilte beledigend wordt, flap ik eruit: ’Heb je geld?’
    Nu heb ik duidelijk Simone’s aandacht te pakken en ik voel de frons achter de breedgerande
    bril.
    ’Wat bedoel je?’ vraagt ze fel.
    ’Nou ja,’ ik laat mijn getergde spriet haar los en krab aan een opkomend
    puistje op mijn kin, ’je hebt al geld van mij geleend.’ Ik staar naar haar knie,
    ik durf niet hoger. ’Voor je skipas enzo.’
    Ze slaat haar benen over elkaar en nu kijk ik NAAR twee starre, zwijgzame knieën.

    ‘Ik zou het fijn vinden als je ook meebetaalt aan het eten.’ Ik val even stil. Ik
    stel me voor hoe mijn reflectie in haar ogen nog kleiner en mismaakter wordt. ’Je bent welkom, maar ja, ik heb ook geen eindeloos budget. En jij… Maar ik wil graag…’ Ik kom er niet uit en
    smacht naar haar verlossing.
    Haar benen openen zich als ze HAAR voeten neerzet en zich naar voren leunt. Haar blote arm reikt naar mijn schouder. Ik til mijn hoofd op. Haar manen schijnen in de zon. Haar gezicht is dichtbij. Poeslief, maar ik vrees de scherpe tanden achter haar glimlach.
    ‘Het is goed,’ zegt ze, ‘stil maar.’
    Ik adem uit, terwijl zij terugzakt in haar stoel en even na lijkt te denken.
    ’Je weet dat ik mijn bankpas kwijt ben. Nou ja, niet kan gebruiken. Maar ik heb cash. En natuurlijk een bankrekening. Ik kan geld overmaken naar je Nederlandse rekening als je dat wilt. Wil je dat?’
    ’Ja…’
    ’Ik kan gewoon huur betalen, we spreken een bedrag af. Dan delen we de kosten.’
    Ik voel verwarring want ik voel me schuldig en opgelucht tegelijkertijd. ’Goed.’
    ’Even goede vrienden?’ Haar stem is zoet, bijna smekend. ‘Ik wil graag blijven.’
    ‘Ja, even goede vrienden,’ zeg ik zacht.